Dinsdag 5 april: aankomst in Verona eind middag na vlotte rechtstreekse vlucht met Transavia. Ook vlot: het zonder invullen en paragraferen van paperassen, of in de rij staan direct (Signor Marc?!) meekrijgen van huurauto bij Avis Preferred, nog een upgrade (van Renault Clio naar grote edoch afzichtelijke Jeep) ook. Bello tempo: 16 graden, zonnetje. Goed, maar niet bijzonder eten en drinken bij als ‘beste van Lazise’ bekend staande Ristorante Taverna da Oreste…., uit nieuwsgierigheid kopen we in een enoteca een fles bio Lugana (per definitie wit), geen grootheid maar smaakt goed, oprecht.
Woensdag 6 april: vrije dag gepland om wat bij te komen van de non-stop drukke januari tot en met maart. Bij zijn matinaal ommetje ontdekt Marc terras van La Cremeria aan de haven, perfecte cappuccio en zoals later zal blijken waanzinnig lekkere brioche in alle mogelijke varianten. We zullen er de rest van de week ontbijten… We kunnen het niet laten: na de Lugana nog eens geproefd te hebben, ‘s middags toch een kelderbezoek aan overkant Lago op de grens van Veneto en Lombardije in DOC Valtènesi. Groot domein, goede. moderne wijnen, ietwat (te) schimmig met zijn bio-etiketten, blijkt bovendien al een importeur in Nederland te hebben.
Donderdag 7 april: na zalig ontbijt in de frisse maar al koesterende ochtendzon bij La Cremeria naar (leverancier) Giuseppe Pedrotti 70km noordelijk van Lazise, recht boven het Gardameer in de Dolomieten maar Waze wijst ons een langere, wel snellere weg via de Autostrada richting Trento. Tjitske was hier al twee keer, Marc nog nooit: wow wat is het hier mooi, zuiver en fris, landelijk rustig ingeklemd tussen meren en bergen der Dolomiti.
Zus Clara ontvangt, ze laat enthousiast in ratelend Italiaans de wijngaarden zien, en al even gedreven (fijn buiten aan tafel) de wijnen proeven. Fraaie, kalme wijnen, ingetogen, goed vallend: blij dat we de delicate Schiava (maar 1500 fl/jaar) en subtiele Nosiola 2020 tijdig hebben gereserveerd. We praten bij met (broer) Giuseppe die in de kelder bezig is de Vinsanto 2005 (nog niet op fles!) om te scheppen. Zijn grote trots en passie deze kostbare wijn van ingedroogde druiven…
Later (binnen) aan met bergkazen en salumi gevulde tafel proeven we de 2004, een schoonheid, jammer dat er nauwelijks markt voor is. Op de terugweg wandelen we even langs nabije stille, beeldschone Lago di Cavèdine en nemen daarna de mooie, korte maar trage weg terug langs het Gardameer. Heerlijk eten met snelle, uitermate hoffelijke bediening bij (Hotel) Le Classique met terras/veranda met uitzicht op het meer. Fijne Soave Classico erbij van Le Battistelle (in Nederland verkrijgbaar bij https://www.italiaansewijnen.nl/ )
Vrijdag 8 april: naar onze favoriete natuurwijnbeurs VINIVERI in Cerea, zo’n 40km onder Verona. Behalve de trage logistiek bij de entree is het hier goed georganiseerd: Corona-check; proeven in hoge oude fabriekshal met veel ruimte tussen de tafels; elke proever zijn eigen (echte) spuugbakje; lunch binnen 5 minuten op tafel; enoteca waar je (sommige) wijnen van de producenten kunt kopen. En allerbelangrijkste: waarachtige, artisanale, biologische wijnen van kleine, soms zelfs piepkleine domeinen, zo’n honderd bij elkaar. Zoals dat (maar 2ha) van onze Nerina en Pierluigi Zampaglione uit Campania met hun cultwijn Fiano Don Chisciotte, waarvan we naast de 2020 ook de nog springlevende 2006 proeven. In tegenstelling tot op grote beurzen als de Vinitaly zelf: straalt hier bij iedereen het plezier er vanaf. Ze kennen elkaar, verwijzen naar elkaar, geven tips als: op die stand staat een jong stel met mooie wijnen, of je moet daar proeven: mijn enologo die nu ook eigen domein heeft. Het zijn eerder amici dan concurrenti. Zo gaan we via bevriend wijnboer naar stand van een goed domein in Barolo, en vandaar weer naar een nieuwkomer op Sardinië. Enfin de dag is te kort om alles te proeven, zelfs om al het nieuwe te proeven. Besluit: zondag terugkomen en geplande ‘chique’ proeverij Summa bij Lageder in Alto Adige maar laten vallen.
Zaterdag 9 april: naar beurs Vinnatur in Gambellara, 30km ten westen van Verona. Deze beurs van consortium wijnboeren van natuurwijnpionier Angiolino Maule is een beetje uit zijn jas gegroeid. Qua aantal bezoekers en producenten. Was het gemiddeld niveau ooit standaard hoog, nu is het echt zoeken naar de parels maar dat is lastig als het zeker gezien Covid veel te druk is, er geen check bij de ingang plaatsvindt, je niet een privé-spuugbakje krijgt maar er alleen kleine, algauw overvolle op de tafels staan. Wel is er voor een andere (stuk minder romantische) ruimte gekozen, een enorme hal/magazijn voor marmer. De chique toiletruimte laat zien hoe mooi marmer kan zijn.
Gelukkig ontwaart Tjits al snel de tasting room waar je in alle rust van elke producent een wijn kunt proeven. Vind je een interessante, kan je naar betreffende tafel zelf gaan. Bijna geen normale, heldere witte wijn te vinden, alles bij iedereen krijgt schilinweking, mode die al te ver is doorgeschoten en wijnen (vaak, niet altijd) standaardiseert.
Bij broers Renato en Sebastiano de Bartoli gaan we wel aan de stand proeven: wij en zij blij met nieuwe oogst 2021 Lucido en Sole e Vento, en de 2020 Grappoli del Grillo, opgevoed op (nieuwe) traditionele Marsalese houten vaten: pipe (1 pipa=420 liter). Wijn wordt onder meer bij De Librije (***) per glas geschonken….
Andere oude (70+) bekende: Marino Colleoni van Santa-Maria (Montalcino), eega Luisa is uit angst voor besmettingen thuisgebleven, Marino vertelt schouderophalend dat hij van haar bij thuiskomst vijf dagen in quarantaine moet. Ontroerend weerzien met onze Marino: hij was de laatste Italiaanse leverancier die we, we schrijven eind februari 2020, hebben gezien. Was bij toeval rond middernacht in wijnbar in Genua, die ochtend was daar net de Covid-pleuris uitgebroken, niemand kon toen bevroeden hoe ernstig het zou worden…. Marino heeft het zo druk dat Tjits maar zijn plaats achter de tafel inneemt om hem te assisteren.
Bij weggaan blijkt het weer te zijn omgeslagen: koude noordwestenwind, woeste wolken, spatjes regen, levert bij thuiskomst in Lazise een totaal ander mooi plaatje van ‘ons’ Lago di Garda….
Zondag 10 april: terug naar VINIVERI in Cerea. Nog een boel te proeven… Zoals nog meer wijnen van Sardinië, waren biologische/natuurwijnen er paar jaar geleden nog nauwelijks te vinden (die van Dettori uitgezonderd) nu hebben we al drie , onderling gelukkig wezenlijk verschillende, domeinen ontdekt.
Vanzelfsprekend ook proeven bij lieve Ezio Cerutti uit Asti, de man van wie we paar geleden de mooie droge (sulfietloze) Moscato aanboden, een die jammer genoeg lastig te verkopen bleek. Ook de man die Tjitske de wijnen van Paolo Veglio van Cascina Roccalini tipte. We proeven o.a. een prachtige, natuurlijke Spumante van moscato- en freisa-druiven, de laatste van perceeltje dat hij van de erven van boezemvriend Giuseppe Rinaldi (Barolo) heeft gekregen.
Na terugkomst eerst aperitivo en dan eten bij het ons aangeraden mosselrestaurant met voor ons Nederlanders altijd andere associaties oproepende naam La Cozzeria… Hadden we meer van verwacht, blijkt gewoon formulerestaurant te zijn: geen hamburgers, wokschotels of spareribs maar oneindig veel variaties op mosselen… Wel goed bereid overigens.
Maandag 11 april: de dag voor Vinitaly zelf. Meestal een crime om er te komen, heel Verona en de toegangswegen staan dan vast waarbij de enige optie is auto op parkeerplaats aan rand stad te laten en met speciale shuttlebus verder te hobbelen. In zo’n met wijnkopers uit de hele wereld uitpuilende bus hebben we nu in verband met besmettingsgevaar weinig trek. We wagen het erop om met omweg via de zuidkant de stad in te rijden naar parking 3, bij de beurs zelf. Missie slaagt, mazzel, of misschien minder bezoekers dan voorheen? Er is weer – helemaal achteraan – een speciale ‘Organic Hall’ waar helaas weer niet álle biodomeinen staan. Dus blijft het weer zoeken en meters maken.
Wonder boven wonder stuiten we er meteen op Gabriele Buondonno (Toscane) al sinds 1999 il capitano van ons Italiaanse team. Het is nog vroeg, we hebben tijd om even bij te kletsen, ook over dochter Annemaria die in Amsterdam woont en in zijn ogen tijd genoeg heeft om een keer met Tjitske een restauranttoer te maken om de wijnen van papa te promoten… Verrassing: de pittige Rosato 2021 van 70% sangiovese en 30% syrah. We gaan wat mee bestellen volgende week. Zelfde schappelijke prijs als de nieuwe jaargang (2020) Toscana Rosso (€ 13,95), dus wie belangstelling heeft melde zich snel…
Dan ontwaren we Giovanni Morone (Campania), hij is arts (orthopeed) in Rome –vertelt trots dat hij net tot professore is benoemd aan de universiteit daar – en bestiert ondertussen op afstand familiedomein in Guarda Sanframondi, waar zus Eleonora de dagelijkse zaken op zich neemt. Ingetogen, ambachtelijke wijnen die je moet leren kennen en dan – zowel wit als rood – bijzonder plezierige blijken.
Dan scheiden onze wegen: Tjits gaat aantal leveranciers langs (Marco Carpineti, Cantina di Luca, Fasoli, Pizzolato), Marc al hengelend op ontdekkingstocht de talloze biostands langs, onder meer op zoek naar mogelijke vervanger voor Monte dei Roari, die er door onverkwikkelijke familiekwesties de deuren hebben moeten sluiten.
Constatering: bio is mainstream zo niet business as usual geworden. In productie vast minder schadelijk voor mens en milieu maar qua smaak (gistcellen gebruik, sulfiet etc.) zich niet onderscheidend van conventioneel. In andere hal (8) met groep van zestigtal verenigde artisanale wijnboeren, sommige bio gecertificeerd, andere niet, plots wél beet bij klein serieus domein bij het Gardameer met o.a. een fijne, brede Custoza , frisse Chiaretto. sappige Bardolino: bijna te mooi om waar te zijn…. Blijkt dat ze ook nog eens dezelfde enologo als Roari hebben. Tjits er snel bijgeroepen om samen nog eens te proeven: beiden enthousiast. Wijnen zijn vast duurder, niettemin hoogst interessant, wordt hopelijk vervolgd….
We sluiten af in hal Emilia Romagna alwaar we een afspraak hebben met dame waar Marc tien jaar geleden op bezoek was geweest en wier wijnen ons onlangs op de proeftafel wisten te bekoren. Lekker sappig basisrood vooral en een fraaie zoete. Nu niets te koop voor ons, iets voor de toekomst wellicht, we hebben geen haast. Terugreis – net voor de spits – gaat redelijk snel, nog even tijd voor laatste biertje, laatste glas spumante in de zon aan het meer.
Dinsdag 12 april: bij aankomst op Schiphol blijkt ook hier de lente te zijn begonnen…